Leren van Mummies.

Hun harten kloppen allang niet meer, ze kunnen niet meer praten en hun werelden zijn in rook opgegaan. Maar niet alles is verloren. We hebben hun stoffelijke resten geërfd en via deze geconserveerde lichamen kunnen we veel te weten komen over henzelf, hun levens en hun werelden. Deze mummies, die ooit levende wezens waren, verschaffen ons iets heel waardevols, namelijk informatie. Net zoals de mensen in het verleden vragen hadden over hun wereld, stellen wij nu vragen over hen. Hun gemummificeerde lichamen geven ons de antwoorden.

         Waaraan kunnen experts zien hoe oud mummies zijn? Soms zien ze het in één oogopslag. Maar meestal is een groot onderzoek nodig om te weten te komen hoe oud een mummie is. Het bekendste onderzoek is koolstofonderzoek.

 Koolstof is een element dat veel voorkomt in de atmosfeer, in de aarde, in de oceanen en in elk levend wezen. Koolstof-12 (C-12) komt het meeste voor. Koolstof-14 (C-14) komt veel minder voor; slechts één van elke triljoen koolstofatomen is een C-14 atoom.

         C-14 is in heel kleine hoeveelheden altijd in de lucht aanwezig. Door adem te halen en het eten van voedsel, komt het dus ook in planten, dieren en mensen terecht. Alle levende organismen bevatten C-14. Doordat je steeds weer nieuwe koolstof binnenkrijgt, wordt de C-14 in je lichaam op een bepaald niveau gehouden. Dit proces stopt als je dood gaat. Vanaf dat moment wordt de koolstof-14 in je lichaam langzaam, maar in een vast tempo, omgezet in stikstof. De hoeveelheid normale koolstof in je lichaam, C-12, blijft ook na de dood gelijk.

         Door de verhouding tussen de overgebleven hoeveelheid C-14 en de hoeveelheid C-12 te meten, kan berekend worden hoe lang geleden een organisme is overleden. Uit onderzoek weten we precies hoe lang C-14 erover doet om zich om te zetten in stikstof. Met koolstof als gids kan de expert in principe 50.000 jaar terug in de tijd. Daarbij wordt rekening gehouden met een onzekerheid van ongeveer 30 jaar.

Maak jouw eigen website met JouwWeb